Sprankelen op de eclectische apenrots

Hans Bousie
19 mrt 2012

Het was weer bal en ook ondergetekende was er. Nu is dat op zichzelf al iets om woest om te worden, niet waar? Alle hardwerkende boekverkopers en uitgevers willen ook bij het bal aanwezig zijn en toch is maar een beperkt aantal kaartjes beschikbaar, dus er moeten keuzes worden gemaakt. Schandalig of niet, ik loop al een aantal jaren rond op het bal (en in het boekenvak) en begin langzamerhand een beetje in de gaten te krijgen hoe het werkt. Voor hen die nog nooit op het bal geweest zijn, deze handleiding.

Allereerst is het van belang dat u aan een kaartje komt. Dat betekent doorgaans al geruime tijd van te voren contacten aanhalen met mensen die u eigenlijk niet mag, maar die u wel aan een kaartje kunnen helpen.

  • Voor hen die niet aan een eigen kaartje kunnen komen, zijn er een aantal alternatieven.
  • Gebruik het kaartje van iemand anders of bluf u zelf naar binnen. Dat laatste is niet eenvoudig, maar het is mij een keer gelukt, dus waarom u niet.
  • Wat het andere alternatief betreft, ik ben ook wel eens als meneer en mevrouw Kattenberg naar binnen gekomen.
  • Laat u uitnodigen door iemand anders, dat kan dan weer op twee manieren, zorg dat u de plus één wordt van iemand die wel is uitgenodigd ( begin dus gewoon een relatie met een schrijver, makkelijk zat), of
  • Zorg dat je wordt uitgenodigd door een belangenorganisatie uit het boekenvak (er zijn  er tientallen, dus daar liggen kansen)

Het hoogst haalbare is een kaartje op eigen naam, plus één. Maar binnen het cohort van hen die een kaartje op eigen naam krijgen bestaat ook weer een rangorde. Voorheen kwam ik binnen met een kaartje (vanaf tien uur). Dat betekent dat je niet belangrijk genoeg ben om de opening zelf (vanaf negen uur) te mogen bijwonen. Ik had nu zelfs een kaartje inclusief opening. Ben ik dan nu bovenop de apenrots beland? Forget it. Het kaartje inclusief opening biedt toegang tot de schouwburgzaal zelf. Maar daarbinnen wordt geplaceerd. En u raadt het al, ik had een plek helemaal bovenin achterin. U mag van mij aannemen dat dat wel op een normale apenrots, maar niet binnen de schouwburg als de beste plek geldt.

Is eenmaal het voorprogramma voorbij, en is iedereen binnen, dan gelden natuurlijk wel de normale codes uit het boekenvak. Ik verklap er één. Als boekverkoper gebruik je om de andere zin een keer het woord sprankelend. Als uitgever kies je in de zelfde regelmaat voor het woord eclectisch.

Maar op enig moment, en dat is het mooiste moment van het feest is iedereen zo lam dat het gezellig wordt, zonder aanziens des persoons. Dan wordt sprankelend en eclectisch gewoon liederlijk. Dan roept een schrijver in een hoek dattie graag met Bambi zou willen neuken. In het o zo keurige boekenvak mogen na twaalven alle remmen los. En over wat er dan allemaal gebeurt, klap ik dus niet uit de school. Jaloers na het lezen van dit stukje? You’d better be.

Naar
boven