Quote

Onderzoek van toezichthouders

Om effectief toezicht te kunnen houden, vragen toezichthouders van de AFM en DNB regelmatig informatie op bij financiële ondernemingen en/of andere (markt)partijen. Dit kan in de vorm van een Marktmonitor of vragenlijst die wordt gericht aan alle financiële ondernemingen in een bepaalde sector, maar kan ook gaan om een informatieverzoek dat is gericht aan één specifieke onderneming.

Omdat toezichthouders in principe bij eenieder informatie mogen opvragen, mogen zij ook informatie opvragen bij ondernemingen die niet direct onder hun toezicht staan (e.g. leveranciers of zakelijke relaties van financiële ondernemingen). Toezichthouders hoeven geen vermoeden van overtreding te hebben om informatie op te vragen. Partijen die een informatieverzoek ontvangen van de AFM of DNB, moeten in beginsel binnen een redelijke termijn hun medewerking verlenen (zie artikel 5:20 Awb). De toezichthouder kan deze medewerking desnoods afdwingen door middel van een last onder dwangsom.

De toezichthouder kan deze medewerking alleen afdwingen, als die medewerking noodzakelijk is voor de uitoefening van haar (toezichts)bevoegdheden. Alhoewel de toezichthouders relatief veel ruimte krijgen om hun onderzoek vorm te geven, is deze bevoegdheid zeker niet onbeperkt.

Het komt ook voor dat de toezichthouder naar aanleiding van signalen uit de markt besluit om onderzoek te doen naar één of meer specifieke ondernemingen. Zij kan dan onder meer besluiten om onverwacht een bedrijfsbezoek te brengen. Een financiële onderneming heeft in dat geval recht op bijstand door een advocaat, om het onderzoek ter plaatse in goede banen te lijden en de rechten van betrokkenen te bewaken.

Het is voor financiële ondernemingen goed om te realiseren dat ieder onderzoek van de toezichthouder – ook een onschuldig ogende Marktmonitor- kan leiden tot handhavingsmaatregelen, zoals een waarschuwing of een bestuurlijke boete.

Als een toezichthouder tijdens haar onderzoek het vermoeden krijgt dat sprake is van een overtreding waarvoor hij een bestraffende sanctie kan opleggen, dan is degene aan wie die sanctie kan worden opgelegd niet meer verplicht om te antwoorden. De toezichthouder moet de betrokkene wijzen op dit zwijgrecht (de cautie), maar het is goed om daar zelf ook scherp op te zijn.

Heeft u of uw onderneming een informatieverzoek of aankondiging van een onderzoek ontvangen van DNB of AFM en wilt u daarover vertrouwelijk van gedachten wisselen? Neem dan gerust contact met ons op. Wij hebben ruime ervaring met onderzoeken van toezichthouders en denken graag met u mee hoe uw onderneming hier zo goed mogelijk mee om kan gaan.

 

 

Naar
boven